top of page

Hoe ziet het programma eruit?

Wat is het probleem?

Een innovatieproject start met de vraag: "Snappen wij de context van de vraag die wij proberen op te lossen?". "Voor wie is dit een probleem?". Om dit te begrijpen stellen wij een lijst van aannames samen. Een aanname is iets waarvan we denken te weten wat het is/betekent, maar er niet zeker van zijn. Het is belangrijk om aannames goed in beeld te hebben. Deze theorie behandelen we in blok 1.

 

We schrijven de aannames op waarna we ze groeperen. Zo houden we een korte(re) lijst met aannames over en kan het onderzoek starten.

Klopt het probleem?

Vervolgens onderzoek je of de aannames juist of onjuist zijn. Er zijn diverse manieren van onderzoek, waarvan interview en observeren twee van de meest voorkomende zijn. Door vragen te stellen en mensen te bekijken valideer je dat een probleem bestaat en waar deze zich is. Er zijn ook andere methodes die wij jou leren in blok 2.

Experimenteren

Snel doen en snel falen. Je gaat zoveel mogelijk ideeën bedenken om mee te experimenteren. Een experiment kan een prototype zijn, maar ook iets veel kleiners zoals een social media post. Wat belangrijk is is dat je weet wat je wilt leren met een experiment. Kortom, je probeert je aanname te bevestigen of uit te sluiten. Wij leren jou creatief denken!

 

De uitkomst van je experiment neem je mee in de laatste stap.

Valideren

Het is belangrijk om een conclusie te trekken uit je experiment. Als jouw aanname juist is, heb je een mogelijke oplossing gevonden voor het probleem. Je kan nu overgaan op het volgende experiment!

Uiteindelijk heb je van al je aannames een experiment gedraaid met een belangrijke conclusie. Dit is je onderbouwing voor het advies dat je schrijft voor de opdrachtgever. Dit advies presenteer je aan de opdrachtgever.

Geïnteresseerd? Stuur een appie

bottom of page